Onverwachte genoegens
Had je ons een paar jaar geleden verteld dat we nog eens zouden overwinteren in een appartement aan de boulevard van een klein stadje aan een van de Spaanse Costa’s, dan zouden we je waarschijnlijk hebben uitgelachen. Strand, zee, toeristische drukte - niets voor ons, zouden we gezegd hebben. En toch is het wat we nu doen. Nou ja – maar vier dagen, maar toch. We hebben een appartement gehuurd in Aguilas, aan de Costa Calda, ongeveer halverwege Malaga en Valencia. Het ligt aan de boulevard, op de vierde verdieping, en we kijken uit op het strand, de zee, en de rotsen die de baai omspannen. Om acht uur ’s ochtends worden een stukje verderop de terrasjes in gereedheid gebracht, en daar wordt tot in de avond gegeten en gedronken. Recht tegenover ons appartement is op het strand een speelplaatsje voor kinderen waar de hele dag gebruik van wordt gemaakt en direct daarnaast verzamelt zich ’s middags een groepje mannen voor een paar spelletjes jeu-de-boule. Wij zitten op ons balkon en zien het allemaal gebeuren. Overigens trekken we daarbij soms wel een vest aan, want op het moment dat de zon even weg is, voel je meteen dat het ook hier winter is – 10 à 12 graden (nou ja, dinsdag was het nog 19 à 20) en een daardoor wat koude wind. Ontbijt en lunch verzorgen we zelf, net als het glaasje wijn met een hapje daarbij, maar ’s avonds zoeken we een van de vele restaurantjes op die onze gastheren ons hebben aanbevolen. Wat de ene keer betekent dat we bijna de enige gasten zijn, en de andere dat het restaurant kort nadat wij een tafeltje hebben gevonden helemaal volloopt en ook uren druk blijft. Dat verschil begrijpen we -achteraf- wel uit de kwaliteit van het gebodene: het eerste restaurant heeft ‘s avonds een wat beperkte en relatief dure kaart (waarvan we de hartige pannekoeken aten) en het andere biedt een variëteit aan tapas en raciones die we ons goed lieten smaken en waarvoor we heel weinig kwijt waren. Hoewel: sinds het schrijven van de vorige zin bezochten we nog een restaurant en daar zaten we om kwart over acht ook als enigen, totdat om half tien een tweede tafel werd bezet – en daar aten we, nadat de kok ons had meegenomen naar de keuken om onze keus te maken, een aantal verrukkelijke vis-, schaal- en schelpdiergerechten. Maar goed, dat was ook weer in een andere prijscategorie.
Ons appartement ligt op de vierde verdieping van een gebouw dat zo’n 30 à 40 jaar zal zijn – op de foto uit 1968 die in de woonkamer hangt is het in elk geval nog niet te zien. Het heeft een L-vorm: twee appartementen per verdieping: één in de breedte langs de boulevard en het andere (zoals het onze) diep naar achteren gebouwd, met de woonkamer en de slaapkamer aan de boulevard, met een klein terrasje. Verder naar achteren nog twee slaapkamers, twee badkamers en de keuken. Alles niet bijzonder groot, maar je zou er met zes personen kunnen verblijven – dus groot genoeg voor ons. Je kunt duidelijk zien dat een van de gastheren hier ook gewoond heeft, want het is goed (en eclectisch) gemeubileerd en alles wat je nodig zou kunnen hebben is er. Plus heel veel etenswaren die speciaal voor ons zijn ingekocht als welkomstgeschenk. Heel prettig. Toen we aankwamen waren we even bang dat we nooit met z’n tweeën tegelijk de deur uit zouden kunnen gaan, want het slot van de deur beneden vertoonde kuren, maar na enig proberen kregen we er handigheid in (en misschien is het ook wel gerepareerd terwijl we er zaten). Parkeren leek een probleem, maar na een tijdje ontdekten we dat het wel altijd vol stond, maar met een heel vlottende bezetting.
Veel te beleven is hier verder niet -vooral omdat we ons niet aan wandelingen wagen waarbij echt geklommen moet worden- maar het bevalt ons wel. En wat echt interessant was, was een uitstapje naar
Cartagena, zo’n 50 km hiervandaan. We gingen ernaar toe omdat we gelezen hadden over de gebouwen in art nouveau / art deco-stijl, maar vonden uiteindelijk de veel oudere geschiedenis een stuk
interessanter. Ook daarover hadden we al wel iets gelezen, maar pas toen we de video zagen waarin een toelichting gegeven werd op het stukje Fenicische muur dat bewaard is gebleven, realiseerden we
ons op welke historische grond we stonden: het “nieuwe Carthago”, gesticht na de eerste Punische oorlog (tussen Romeinen en Feniciërs) en startpunt van Hannibals tocht die hem -met olifanten- over
de Pyreneeën en de Alpen richting Rome bracht. Een tocht die niet alleen niet de overwinning bracht, maar eigenlijk ook de oorzaak was van de nederlaag: als we het goed begrepen bleef door deze
veldtocht de stad onvoldoende verdedigd achter en kon ze door de Romeinen ingenomen worden.
Die Romeinse bezetting leidde dan weer wel tot een bloeiperiode waarin veel gebouwd werd: huizen, een Forum, amphitheaters. We bezochten een enkel redelijk goed bewaard en inmiddels weer
uitgegraven exemplaar, en ook nog de middeleeuwse burcht op een van de heuvels. Waarvandaan we een mooi zicht hadden over de (natuurlijke) haven, met daarin een bijzonder schip: een enorm zeilschip
dat er uitzag alsof het uit een science-fiction film kwam, en waarvan we na enig speurwerk konden vaststellen dat het het jacht “A” was – het grootste (en duurste) jacht dat tot nu toe gebouwd is.
Aan de andere kant hadden we natuurlijk uitzicht over de stad. Daar kon je goed zien dat zo’n rijke historie niet echt een zegen is: grote delen van de oude binnenstad lagen open voor opgravingen,
deels achter gevels die als enig deel van de gebouwen die er de laatste eeuwen waren gebouwd, overeind werden gehouden.
Hoe dan ook, we waren blij dat we dit uitstapje gemaakt hadden, maar vonden het niet erg dat we niet in deze stad ons onderkomen hadden gevonden.
Het mag duidelijk zijn dat we een auto gehuurd hebben. Niet vanaf de eerste dag – wat moet je met een auto in Malaga- maar vanaf de dag dat we naar Aguilas gingen. Een Fiat 500, maar wel een 500X en dat is toch heel iets anders: prettig rijgedrag, ook op de snelweg, alle ruimte voor onze twee koffers, rugzakken en andere spullen, en heel comfortabele stoelen. En toch klein genoeg om in Spaanse binnensteden mee te rijden. Blij dus dat we deze upgrade genomen hebben (we hadden iets in de klasse van een Opel Corsa gereserveerd) maar tegelijkertijd blijft de manier waarop autoverhuurders -Herz in dit geval- dat doen, ergerlijk: je komt moe bij de balie (in ons geval niet vanwege de vlucht maar de korte nacht), daar zitten mensen die gebrekkig Engels spreken met een accent dat bijna onverstaanbaar is (zouden ze daarop worden geselecteerd of is dat het resultaat van training?) en die vertellen je dan halve waarheden zoals “Diesel is veel goedkoper“ (ja, maar niet in Spanje) en “Het kost u maar 50 Euro extra” (ja, maar daar komt nog BTW bij). En ze slagen er weer in om in het contract een extra, onnodige, uitbreiding van de service op te nemen, waardoor je uiteindelijk twee keer zo duur uit bent als je dacht. Nou ja, we wisten het wel: “Laß dir nichts einreden, Sieh selber nach! Was du nicht selber weißt, Weißt du nicht. Prüfe die Rechnung, Du mußt sie bezahlen. Lege den Finger auf jeden Posten, Frage: wie kommt er hierher?”
Reacties
Reacties
Hartstikke leuk!
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}