Nog even Singapore (en Londen)
We zijn weer thuis. Een paar dagen al, maar we waren er nog nietaan toegekomen om onze laatste vakantieblog te voltooien. Vandaar dat je nu pas iets kunt lezen over onze twee dagen Singapore en de terugreis via Londen.
Singapore was onze eerste echte tropische ervaring, en we bleken er heel verschillend op te reageren. Voor Max was de warmte (overdag zo'n 35 graden) en de vochtigheid goed te doen, Marian was het liefst meteen weer in het vliegtuig gestapt om door te gaan naar koelere streken. Gelukkig zijn die koelere streken ook in Singapore zelf ruim aanwezig: hotels, restaurants en winkelcentra zijn stevig air conditioned. Dat maakt trouwens wel dat een dagje stad betekent dat je regelmatig plotselinge temperatuurverschillen van 15 tot 20 graden meemaakt - en dat vonden we geen van beiden echt prettig.
Ons hotel, het Pan Pacific, was weer iets heel anders dan we tot nu toe hebben meegemaakt. Aan de buitenkant foeilelijk, maar de binnenkant is spectaculair: een atrium tot aan de bovenste (37e) verdieping - en geen netten of dat soort kinderachtige dingen. Onze kamer -ruim, licht en aangenaam ingericht- was op de 26e - de business verdieping, met een balkon in het atrium waar je kunt gaan zitten voor een bespreking (deden wij gewoon op de kamer) maar waar je ook een kop echte espresso kunt zetten. Het uitzicht vanuit onze kamer was niet slecht: richting een wat groener deel van de stad rond het oorlogsmonument en het cricketveld, met in de verte de hoogbouw van het Central Business District en dichterbij -niet mooi- het dak van het Suntec City Convention Centre. Verder keek je recht naar beneden op het zwembad - mooi groot en met een echt diep gedeelte, zodat je je niet alleen op de ligstoelen eromheen hoefde te vermaken.
We hebben dit keer eens gedaan waar we meestal op neerkijken als 'typisch toeristisch': we hebben een tweedaags kaartje gekocht voor de stadstoer met een dubbeldeksbus, en als extra een river
cruise en een bustocht door historisch Singapore. Inderdaad, net wat je ervan verwacht: je wordt rondgereden langs een paar toeristische highlights (o.a de Singapore Flyer, het reuzenrad
dat een paar meter hoger is dan dat in Londen, en daarmee het grootste in de wereld, 'maar helaas zijn ze in Peking een rad aan het bouwen dat nog veel groter wordt.') en zoveel mogelijk
winkelcentra ('toeristen zijn de belangrijkste bron van inkomen voor Singapore en ze brengen jaarlijks zoveel dollar in'). Daarbij geven ze nuttige informatie voor de kooplustige ('voor het
nieuwste van het nieuwste op het gebied van IT en camera's moet u hier zijn') en de maatschappelijk geïnteresseerde passagier ('85% van de bevolking woont in flats als deze', 'voor een kleine villa
in deze straat waar leden van de regerende partij wonen, betaalt u vijf miljoen US$', 'Singapore is na Japan de grootste exporteur van tweedehands auto's').
Maar belangrijkste reden om deze bus te nemen was dat hij ons op een makkelijke manier bracht op een paar plaatsen waar we wilden zijn: ja, inderdaad, ook hier weer de botanische tuin en het museum
- dit keer met moderne Oost-Aziatische kunst. Dat laatste was nieuw voor ons, en zeker de moeite waard voor een uur of zo. Gevestigd, overigens, in het gebouw van een voormalige katholieke
jongensschool, aan de stichting waarvan zowel de fa. Brinkman & Co (met 150 dollar) als de Nederlandse Handelmaatschappij (met 250 dollar) hebben bijgedragen.
De botanische tuin was ook nieuw - dat wil zeggen, de paar hectare origineel regenwoud die daar bewaard zijn gebleven, en ook de gembertuin. Ja, inderdaad, dat spul waarvan je de wortel in
bolletjes of snippers in potjes koopt - of, als je heel avontuurlijk bent, vers. Dat blijkt een hele plantenfamilie te zijn, met zeer uiteenlopende verschijningsvormen boven de grond: van heel
fragiele bloemetjes die aan het eind van lange stengels wiegen in de wind tot stevige knoeperds van bloemen die direct op de grond liggen. Mooi - wat ons betreft hoefden we de orchideeëntuin niet
meer te zien.
De combinatie van bus en river cruise bracht ons ook van ons hotel naar een van de delen van de stad waar je ongeveer elk soort restaurant kunt vinden dat je je kunt voorstellen ('Als u zich afvraagt wat u moet doen in Singapore: shoppen en eten.') Daar hebben we dan toch maar weer gedaan wat we een tijdje geleden besloten hadden niet meer te doen: krab eten (met uitzondering van de soft shell crab die we in Austrelië voor het eerst aten en die wat ons betret vaker op het menu mag - inderdaad, met schaal en al). Al die moeite voor een beetje vlees, dat ook nog eens niet heel bijzonder is. Nou ja, in Singapore wel: dat wil zeggen, ze weten hier wel de overtreffende trap van chilisaus te maken. Verder is het inderdaad wereld(se) keuken hier: prima Sechuan in ons hotel en dito Japans in een restaurant dat met tientallen andere gevestigd is in een voormalig katholiek klooster (deed ons een beetje denken aan hoe in Cordoba een kathedraal midden in de voormalig moskee is gebouwd, alleen was dit stijlvoller gedaan).
Een van de weinige dingen die we van Singapore wisten, was dat het een strak bestuurde stadsstaat is, waar bijzonder veel mensen met veel verschillende achtergronden op een klein oppervlak
samenleven. Van dat strakke bestuur zagen we niet veel, althans niet in de zin van veel politie op straat. Maar alles lijkt wel erg geregeld, met veel bordjes die je zeggen wat je wel en niet moet
doen (waar over te steken en hoe om te gaan met de voetgangerslichten: 'Push button and wait for green man' - neem dat letterlijk en je kunt er dagen staan). Somige van die bordjes leken
ook particulier initiatief, zoals die bij het museum en een restaurant die ons vermaanden toch vooral sociaal verantwoordelijk te zijn en niet naar bnnen te gaan als we symptomen hadden die zouden
kunnen wijzen op Mexicaanse griep (hier heet dat weer varkensgriep). Heel interessant was ook het bord dat weer wel van de overheid afkomstig was en dat ons erop wees dat we de werkeljkheid onder
ogen moesten zien, en dat lage criminaliteitscijfers niet betekenden dat er geen criminaliteit was. En na het lezen van een hoofdstuk in Mark Mazowers 'Donker continent' over de gezondheidscultus
die tussen de twee wereldoorlogen door alle Europese regeringen werd gepropageerd, was het opschrift in een fast food restaurant 'Good food, healthy people' ook iets om je bij af te vragen of dat
nu gewoon reclame was, of een officiële mededeling.
Opmerkelijk vonden we verder het meisje waar we op vrijdagavond om een uur of negen naast gingen zitten toen we zagen dat er in een openluchttheatertje een voorstelling zou zijn: zij was bezig om
met een grafische rekenmachine kennelijk haar huiswerk te maken. Integralen uitrekenen en zo - dat zien we graag. In elk geval zat ze niet te wachten op het optreden, want ze stond op toen het
begon. Wij ook, iets later, want het bleek om een aantal DJ's te gaan die vast wel heel mooi konden scratchen, maar aan ons was dat niet besteed.
En ook opmerkelijk: de taxicoordinatoren, die op het vliegveld en bij het hotel probeerden het taxiverkeer in goede banen te leiden. Geen geringe opgave als je dat met z'n vijven doet, en je
coördineert niet onderling.
Bij het vertrek uit Singapore was de veilgheidsscan en de migratieprocedure weer eens intensief: eerst een migratiebeambte die goed keek of je wel degene was die op de foto in je paspoort staat (waarschijnlijk vinden ze dat alle Europeanen zo op elkaar lijken), vervolgens een wat trage scan van de handbagage (en die begon minder dan een uur voor het vliegtuig vertrok, terwijl er toch ruim 200 passagiers doorheen moesten) en vervolgens politie die nog eens keek of je echt wel degene was die volgens de boarding pass aan boord moest.
De vlucht naar Londen duurde ruim 13 uur. Vertrek Singapore om 11 uur 's avonds (toch nog op tijd) en aankomst Londen om half zes in de ochtend. Dat wordt dus slapen, dachten we - maar helaas. De economy class in deze Boeing 747 van Qantas was niet zodanig ruim ingericht dat dat er van kwam. Een beetje doezelen, een filmpje kijken, wat eten, weer doezelen etc. Nee, we waren bepaald niet uitgeslapen toen we op Heathrow aankwamen.
Gelukkig ging daar alles vrij vlot, hadden we snel een trein naar Paddington Station en daar weer een taxi naar ons hotel. We hadden voor alle zekerheid ook maar de nacht van zaterdag op zondag
geboekt, zodat we direct zouden kunnen inchecken - de kans leek ons groot dat we er niet op moesten rekenen dat er al zondagochtend vroeg een kamer beschikbaar zou zijn als we alleen de nacht van
zondag op maandag zouden boeken. Hoe dan ook - we lagen binnen een kwartier na aankomst in ons bed, in een aardige business suite (slaapkamer en een kleine zitkamer, plus natuurlijk wat je
nog meer verwacht). Om 11 uur opgestaan, genoten van het uitgebreide ontbijtbuffet en toen maar naar buiten gegaan. Dat was wel even wennen: een graad of 14, maar wel zonnig.
We zaten dicht bij Oxford Street, maar zin in winkelen hadden we niet. Hyde Park dus maar om te beginen. Uiteraard de speakers corner, maar daar gebeurde nog niet zoveel (hoewel de man die
midden in een betoog op zijn mobieltje gebeld werd wel grappig was - en vooral dat hij opnam). Vervolgens naar de andere kant van het park, waar we een (slaap)wandeling door Belgravia en Kensington
hebben gemaakt - vast wel aardige buurten om te wonen, als je geld hebt. Dat geldt ook voor winkelen in Harrods, waar we maar niet de moeite hebben genomen om te kijken of er nog koopjes waren. Nog
even een kopje thee in het café van de Albert Hall (in een krant die daar lag lazen we dat Engeland eindelijk tot de conclusie komt dat je alleen goed onderwijs kunt hebben als je goede docenten
hebt - we begonnen ons al weer aardig thuis te voelen) en toen terug door Kensington Gardens en Hyde Park. Bij speakers corner was het een stuk drukker, maar wat ons vooral opviel was het grote
aantal letterlijk van top tot teen in het zwart geklede dames -nou ja, dat neem je dan maar aan- dat daar met het gezin wandelde of op het gras zat.
Lekker gegeten in een Libanees restaurant, en vroeg naar bed.
Op maandag nog een bezoekje aan het Victoria & Albert Museum, waar we wat keramiek, mode, glas en Oosterse kunst hebben bekeken (en ons erover verbaasden dat in de zaal met Indiase hofkleding
ook formele Javaanse kleding tentoongesteld werd - dat scheelt toch wat kilometertjes). Vervolgens door de beginnende spits een rit met de taxi naar London City Airport, waar we dankzij de
sluipwegen die de chauffeur koos netjes op tijd aankwamen. Heel netjes zelfs, want onze vlucht was uiteindelijk bijna een uur vertraagd - een hele prestatie op een vlucht van een uur, VLM!
Overigens een enorm verschil met de heenreis: toen -om drie uur 's middags op vrijdag- was dit vliegveld heerlijk rustig, maar nu -aan het eind van de middag- was het er bijzonder druk. En
hectisch, want de vluchten worden hier niet afgeroepen, zodat sommige mensen pas op het ogenblik dat de gate al gesloten is ontdekken dat ze hadden moeten boarden en dan beginnen te rennen.
Verder een prima vlucht, en Rotterdam Airport bleek weer ideaal: we zaten een kwartier nadat we geland waren al in de taxi naar huis.
Imiddels is de was grotendeels gedaan, de post gelezen (de e-mail nog lang niet) en zijn ook de foto's die we niet digitaal gemaakt hebben ontwikkeld en afgedrukt. In de komende weken verschijnen die -althans een selectie- nog wel in ons Picasa-album (zie de link rechts op deze pagina naar foto's vakantie 2009). Voor degenen die er niet genoeg van kunnen krijgen, natuurlijk.
Reacties
Reacties
Het was een waar genoegen zo met jullie mee te reizen!
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}