Marian en Max zijn even weg

Goede toeristen, slechte toeristen

Eigenlijk zijn we heel slechte toeristen. Vanuit de optiek van touroperators dan, en vooral natuurlijk de lokale neringdoenden. Of zou het toch meevallen?

Gisteren hebben we netjes gedaan wat meneer of mevrouw SNP ons suggereerde: een fietstocht gemaakt door de oase van Ferkla en het museum vlak bij ons hotel bezocht, en op die manier veel opgestoken van het Berberleven. Maar we hebben ook een museum niet bezocht, en een nabijgelegen idyllisch plaatsje links laten liggen. En vandaag zijn we niet gestopt bij een aantal uitnodigend langs de weg opgestelde nomadententen, waar men ons volgens de borden een warm welkom en een aangename rustpauze te bieden had. En ongetwijfeld veel uitleg over het nomadenleven, en diverse koopwaar om ons daar thuis aan te herinneren. 'Chief Yellowhorse', zeggen wij dan tegen elkaar - zijn aanbevelingen en zilveren sieraden negeerden we destijds in Arizona ook, tot en met het bord 'Friendly Indian behind you'. We worden er gewoon wat opstandig van - of is het angst opgelicht te worden, gène om toerist te zijn of zijn we gewoon blasé?

Maar aan de andere kant - nog geen uur later laten we ons in Rissani op sleeptouw nemen door een jongen die ons voor 10 Dirham de markt zal laten zien, terwijl zijn collega op de auto past. Tussen honderden mensen eerst naar de groenten -veel uien- en dan naar de ezelmarkt en de aangrenzende ezelpakeerplaats. Ook daar blijkt weer dat vrouwen in Marokko een bijzondere positie innemen - ezelinnen worden hier niet toegelaten. Projecteren die mannen nou hun eigen bronst op de ezels, of is het omgekeerd?
Daarna de Hollandse markt (koeien) en de schapen, en vervolgens de grote warenmarkt. 'Come, I'll show you the Berber Pharmacy.' Die -een kraam met grote hoeveelheden kruiden en watertjes- blijkt geheel ingericht op het ontvangen van toeristen: er zit al een Duits paar kruidenthee te drinken en reukwatertjes te snuiven, en dat staat ons ook te wachten. Maar het enthousiasme slinkt snel als we echt niet geïnteresseerd blijken.
Dan maar naar de ambachtslieden, en in het bijzonder de winkel waar ze hun waren verkopen. Nou ja, we zijn nu goede touristen, en dus kopen we een marmeren ei. Zeshonderd Dirham moet het kosten, maar we moeten afdingen, zegt de verkoper erbij. Goed dan - 200. Nee, dat is belachelijk. Noem je maximale prijs, vraagt hij. Die is 250, en ook dat wijst hij af. Tot we echt weglopen - dan is het ineens goed. En dus te hoog, denken we dan. Ach, waar moeten ze hier anders van leven ....
Vervolgens neemt onze gids ons mee naar de uitstalling van zijn vader, waar hij nog wel een goedkoop kleedje voor ons weet. Nou, dat hoeft niet, en dan hoeft hij ook niet zo hard meer. Op weg naar de uitgang van de markt vraagt hij nog wel of we al een hotel hebben - zijn familie heeft er namelijk een, hier in Rissani. En dat we op doorreis zijn naar Merzouga komt goed uit, want toevallig hebben ze ook daar een heel goed hotel - met zwembad. En bij zijn vriend, die we toevallig tegenkomen, kunnen we een echt originele Berberse pizza eten.
Dat slaan we af, en we vertrekken weer, na onze gids 50 Dirham betaald te hebben. Wisselgeld is hier onbekend - althans, je mag als toerist blij zijn als je iets kleiners dan 20 Dirham in handen krijgt. Een uitgekiende economie, zullen we maar zeggen.
Een kilometer verder eten we wat op het terras van een restaurant waar in het uurtje dat we er zitten drie verschillende mannen even aanschuiven die ook familie in Merzouga hebben die een goed hotel exploiteren, of een trip met een 4WD door de woestijn kunnen organiseren. En trouwens, een van hen heeft vrienden in Almere. En hij wil in Merzouga een school beginnen om de Berberkinderen Engels te leren. Met het Internet, nu, hebben ze dat wel nodig. En hij gaat nu liften, dus als we hem straks nog langs de kant van de weg zien staan ....

Ons hotel in Merzouga ziet er comfortabel uit, en we tikken dit aan de rand van het zwembadje dat we daarnet voor ons alleen hadden. Nou ja, en een paar honderd sprinkhanen, maar die bleken bij nader inzien toch niet te kunnen zwemmen. Benieuwd wat er straks op het menu staat

Gegrilde kip met groenten, en vooraf een salade of soep. Die soep lukt ons beiden nog, maar tijdens het wachten op de kip wordt Max ziek. Een zonnesteek, opgelopen in het zwembad? Het vlees tijdens de lunch, de salade, de olijven? Was de kruidenthee bij de Pharmacie Berber een laxeermiddel? Nou ja, het was in elk geval niet de zalmmousse, want we leven nog - en na een wat koortsige nacht is 's ochtends alles weer in orde.

Naar Merzouga kom je vanwege de grote zandduinen die hier vlakbij liggen. Meneer / mevrouw SNP raadt ons dringend aan om een dromedaris te huren en daamee de duinen op te gaan. Waarom dat met een dromedaris moet, is een beetje onduidelijk, want naar het schijnt kunnen die de klim niet aan als je op hun rug zit, en is het voor het echte woestijngevoel ook beter als je op je blote voeten door het zand loopt. Maar wij doen dat allemaal niet, en niet alleen omdat we de fietstocht van gisteren nog in de benen en daarboven hebben zitten. Het summum van een dergelijke tocht is namelijk de zonsondergang die de duinen in vele kleuren zet - maar er is een hoge sluierbewoking en een lage stofsluier, dus de zon zakt weg in grijstinten.
In de ochtend is het trouwens weer redelijk helder, maar voor de zonsopkomst zijn we op het moment dat we dat merken al weer ruimschoots te laat.

Terug richting Rissani, waar inmiddels de stroomstoring voorbij is en we dus kunnen tanken. Dat werd tijd. Door naar Alnif, door een dor en verlaten gebied. Hoewel, verlaten - Marokko blijkt dicht bevolkt. Als je goed kijkt zie je veel eenzame huizen en nog eenzamer herders met hun kuddes. En op de gekste plaatsen kom je fietsers tegen.
Het landschap doet ons, vreemd genoeg, denken aan de hoogvlakte van Noorwegen, maar dan zonder de sneeuw. Uitgebreide rotsige vlakten, omzoomd met bergen - sommige heel scherp, andere bijna rond afgesleten. En nauwelijks begroeiing. Een heel andere woestijn dan Australië, dus, en ook een andere kleur stof. Maar wel dezelfde hitte.

In Alnif stoppen we voor de lunch. Een Salade Fantastique (behalve tomaat, paprika en ui ook mais, ei, sardientjes, olijven en banaan) en een Omelette Berber (net een Marokkaanse, maar met een blikje tonijn). De oom van de uitbater is ook de eigenaar en de kok, en hij exploiteert daarnaast het winkeltje met etenswaren en dat met de fossielen. Deze Mohammed Boulyiri is naar zijn zeggen wereldberoemd, en hij heeft een vriend in Amsterdam. Kees, een collega-geoloog. Hij toont ons het boek van Duitse geologen met zijn foto erin en de Franse reisgids waarin een bezoek aan zijn fossielenparadijs wordt aanbevolen. Afwisselend in het Frans en het Engels praten we verder, en vertelt hij ons over de Berbers. Dat zij een heel ander volk zijn dan de Arabieren: vrij, humaan en verbonden met de aarde. De muziek is veel opzwepender, en de vrouwen dragen geen sluiers. Dat we geen fossielen willen kopen is een beetje teleurstellend, maar het was leuk ons ontmoet te hebben. En dat, het moet gezegd, was wederzijds.

Slechte toeristen zijn we, ten slotte, misschien ook wel in de ogen van de Nederlanders die we later in de middag ontmoeten in ons volgende hotel, en van wie de vrouw een praatje aanknoopt. Veel verder dan constateren dat zij de andere kant uit rondrijden en dat ze dat doen met chauffeur, komen we niet. Met een ander Nederlands stel klikt het kennelijk beter, want daarmee zitten ze in het restaurant en in de lounge.
Op de een of andere manier zijn we inderdaad niet zo van die gezelschapzoekers tijden vakanties - al bewaren we goede herinneringen en een paar langdurige vriendschappen aan de keren dat we dat wel deden.

Reacties

Reacties

pa

Dat jullie meer slechte toeristen zijn dan goede verbaasd me niet. Maar probeer hoe dan ook wel een goede indruk achter te laten. Lijkt me hoe dan ook een bijzonder land.

Groetjes.

Marijke

Ach, goede toeristen,slechte toeristen., wat voor de één goed is, is voor de ander weer slecht.
Volgens mij kunnen jullie goed inschatten wat echt van belang is.Geniet van elkaar en van dit prachtige land.
Liefs

Marijke

Milene

Ik hoop wanneer ik in Marokko ben meer van dit soort toeristen tegen te komen... goed dan wel slecht, ligt er net aan hoe je het bekijkt. Al studerende (toerisme) ben ik er dan ook achter gekomen dat er geen goede of slechte toeristen zijn, verschil moet er wezen anders is iedereen dezelfde toerist en dat zou pas saai zijn. Jullie genieten tenminste (ondanks een avondje ziek te zijn geweest) en dat hoort dan ook bij de betekenis van vakantie =)

Veel plezier in de laatste 24 uur in Marokko =)

groetjes, Milene

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!