Marian en Max zijn even weg

Dicht bij huis

Voordat we zo rauwelijks werden onderbroken door de Corona-pandemie, schreven we tijdens de meeste van onze reizen een of meer blogs. Die zijn sinds begin 2020 niet meer verschenen – eerst omdat we daadwerkelijk niet meer op reis gingen, en vervolgens omdat we het een beetje ontwend waren. Maar de laatste keren dat we op stap waren begon het toch wat te knagen, en nu kregen we de afgelopen maanden ook nog eens een paar keer de vraag of we er echt mee gestopt waren.

Nou ja, lang verhaal kort: we gaan het weer doen. En we beginnen met een korte terugblik (voor wie die “blik” letterlijk wil nemen: er zitten wat links in naar video’s).

In 2020 zijn we, na onze terugkeer uit Valencia, inderdaad niet meer “even weg” geweest, althans niet meer dan een paar fietstochtjes van hooguit een paar uur. Ons fotoboek van dat jaar laat een zekere monotonie zien: buiten die tochtjes en wat wandelingen in de buurt, bestond ons vertier gedurende de lockdowns vooral uit de smakelijke diners die we lieten bezorgen door of afhaalden bij de restaurants in de buurt. En in de zomermaanden toen er weer wat meer kon, aten we in die restaurants, of een enkele keer bij vrienden. In de tweede helft van het jaar kregen we het druk met de voorbereiding van het wat meer toekomstbestendig maken van ons huis. Om de installatie van een lift mogelijk te maken, moesten twee ingebouwde kasten worden leeggeruimd en om de inhoud daarvan een plek te geven moesten er boekenkasten plaatsmaken voor kledingkasten en andere kasten verplaatst worden - en er moest heel veel naar de kringloop gebracht worden. Goed, zie het maar als een reis in ons eigen huis en door ons eigen verleden.

In 2021 begonnen we -voorzichtig- weer met echte reizen. Eerst in eigen land. In maart, terwijl thuis de lift geïnstalleerd werd, een paar dagen naar Winterswijk, waar we een appartement in een voormalige boerderij huurden. Onbekend gebied voor ons, dat we op de dagen dat het niet regende of stormde op de fiets en te voet verkend hebben. Met als hoogtepunten het spotten van een broedende Oehoe in de oude steengroeve -dat is op een afstand van ruim 100 meter best een opgave- en -op veel kortere afstand- van een specht in het bos. Culinair was het hoogtepunt een afhaalmaaltijd bij een kok met ambitie, en het dieptepunt een afhaalmaaltijd bij de plaatselijke Chinees die sinds de jaren zestig het menu niet had aangepast.

In juni deden we iets vergelijkbaars, maar nu in Hulst en omgeving. Aanleiding was wederom de lift, maar nu wat indirecter: door alle verplaatsen en vervangen van kasten was er in de slaapkamer een lege plek aan een muur ontstaan, waar we een passend kunstwerk voor zochten. Tijdens een van onze bezoeken aan een galerie zagen we iets wat wel interessant was maar niet passend, en dus leek het ons wel aardig om eens bij de kunstenaar in zijn atelier te gaan kijken. En dat bleek in Hoofdplaat te zijn. Een mooi excuus om eens een ander onbekend stukje van het land te bezoeken: Zeeuws-Vlaanderen ten oosten van Terneuzen. Een prima omgeving voor langere fietstochten vanuit ons huisje in Hulst, door de polders en over langs de dijken. Veel vogels gezien, en uiteraard het Verdronken land van Saeftinge en de nog niet verdronken maar al niet meer te befietsen Hedwigepolder. Dat de huizen in dit deel van Nederland tegenwoordig vooral gekocht worden door Belgen die niet in maar wel dichtbij Antwerpen willen wonen, bleek een voor ons aangename consequentie te hebben: een paar heel goede restaurants in de omgeving.
Oh, en wat de aanleiding tot dit reisje betreft: het atelier bleek een voormalig klooster annex school te zijn, volgepropt met schilderijen, tekeningen, beeldhouwwerk en wat al niet meer – en tussen al dat moois vonden we ook nog een schilderij dat ons direct aansprak en dat nu mooi harmonieert met onze nieuwe gordijnen.

We slaan even een paar maanden over (er komt een apart blog over de wat langere reis die we in de zomer maakten) en gaan naar ons laatste korte uitstapje in 2021: een paar dagen, begin november, in en om Leersum, waar we enigszins tot onze verbazing een huisje huurden op een bungalowpark. Aanleiding was de jaarvergadering van de Nederlandse Vereniging van wiskundeleraren, in Veenendaal, en meer in het bijzonder het diner daarna waarvoor we uitgenodigd waren. Geen zin om dan ’s avonds terug te rijden, en dus gekozen voor een paar dagen fietsen of wandelen op de Utrechtse Heuvelrug. Het huisje (simpel maar ruim) en het park (heel rustig en mooi in het bos) vielen ons alleszins mee, en de omgeving bleek zeer geschikt voor de geplande activiteiten. De fietstocht naar Wijk bij Duurstede en dan via het Gelderse Rijswijk, Maurik en Amerongen weer terug beviel ons prima, vooral omdat we net voordat er een enorme onweersbui losbarstte een lunchgelegenheid gevonden hadden in Wijk bij Duurstede. De rest van de tocht -inclusief de twee oversteken met veerponten- deden we met stevige wind en een zon die zo nu en dan door de dreigende wolken keek, maar gelukkig weer droog. Een wandeling in het Zuylensteinse bos , de volgende dag, gaf ons de gelegenheid om veel paddestoelen te zien; op de terugreis staken we nog een keer de Nederrijn en nu ook het Amsterdam-Rijnkanaal over om een bezoekje aan Buren te brengen. Niet veel te doen op een maandagmiddag in november, maar toch aardig om te zien.

Reacties

Reacties

Dini van H

Ja,ik hebt het een en ander weer gezen dat is altijd leuk.
Sorrij,ik haas niet foutloos schrijven onder mijn Reader ,soms zie alles dubbele.
Misschien zin jullie alweer vertrokken dan nog een fijne reis, Groetjes

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!